Overige stoffen
Ongewenste overige stoffen zijn bijv. reststoffen van de chemische productie (bijv. Fenol, Urethaan, Dioxine),
of antibioticarestanten (= gif van schimmels) in melk en vlees. Dezen worden op deze site op een aantal plekken besproken.
Een aantal reststoffen (zoals bepaalde fenolverbindingen en dioxines) zijn uiterst schadelijk. Hiervoor zijn wel grenswaarden vastgesteld, maar ze zouden HELEMAAL NIET MOGEN VOORKOMEN IN CONSUMENTENPRODUCTEN.
Er zijn vele hulp- en bijsloffen, zoals het gevaarlijke aniline, dat in veel textielproducten (63% van de lederwaren, volgens de Keuringsdienst van Waren) voorkomt, vlamvertragers* en verboden AZO kleurstoffen (12-15% bij hetzelfde onderzoek).
In kunststof sportschoeisel zitten ftalaten, die de hele dag door in het lichaam dringen (zie 'kunststoffen' en 'huishouden').
In het grootste deel van de kleding zitten nonylfenol verbindingen verwerkt, zo constateerde Greenpeace. H&M is een merk dat heeft toegezegd af te zien van dit soort verbindingen.
Koolwaterstoffen uit minerale olie (MOH's) zijn een groot verhaal apart. De blootstelling hieraan kan enorm verschillen, maar is altijd en overal.... en heel slecht uitgezocht en genormeerd.
MOH's kunnen bij de productie in voeding terechtkomen - bijv. door de behandeling van voedselmachine's ('glad' maken), bijvoorbeeld bij brood en deegwaren, of door dieseluitstoot van oogstmachine's.
Ze worden gebruikt bij destilatie- en
raffinageprocessen van plantaardige olie.
Of als 'coating' van voedsel en supplementen. En als coating van meer-componenten blikken (zoals 'quick-open').
Een belangrijke bron ook is recycled karton/ papier, waarin nog een aanzienlijke hoeveelheid MOH's (uit kranten en reclamedrukwerk) zit die 'uitdampt' naar de inhoud.
In deze studie van de EFSA uit 2012 wordt duidelijke bezorgdheid hierover geuit.
De belangrijkste besmettingsbronnen zijn dierlijk vet (door diervoeding), brood en
banket (waar ook bakpapier een bijdrage aan levert), snoep, vis (met name vis in olie in blik), ijsjes en desserts, pasta, rijst, ingeblikte worstjes en geraffineerde plantaardige olie.
Daarmee is nog niks gedaan door de overheden.
* In Nederland is de regulering van vlamvertragers veel strenger dan in bijv. Engeland. KASSA geeft daar in haar uitzending een heel negatief beeld over. Dat is te kortzichtig van Kassa, die niet de ongelofelijke nadelen van vlamvertragers bekijkt (zie bijv. Aantastingen- Kinderen) - ook al geeft ze op haar site enige nuancering.
Het mogelijke gevolg van deze uitzending is, dat vlamvertragers veel meer toegelaten gaan worden (de ambtelijke molens draaien al). Zodat wij nog meer aangetast raken in onze hormonen, met zeer veel schadelijke gevolgen.
De KOUDE DOUCHE !
Zie ook 'Kunststoffen' hierover.
Een aantal van die schadelijke stoffen nemen steeds meer toe in gebruikte hoeveelheden - of hopen zich op in het milieu.
Denk bijv. aan de toenemende productie van platte beeldschermen, waarbij fluoridegas (NF) vrijkomt.
Dit geeft een sterker broeikaseffect, dan de inmiddels verboden CFK's in koelkasten. Zie hier.
Fluoridegassen komen ook vrij bij de productie van electronicachips, en zijn gevaarlijk om in te ademen.
Zo worden er regelmatig met putjes 'geëtste' auto's en bushokjes aangetroffen in de omgeving van de chipsfabriek van NXP in Nijmegen.
Wat er gebeurt met de mensen, die door zo'n 'fluorgaswolk' gaan - of in die de omgeving wonen - laat zich raden...
Maar de plaatselijke politiek is hier liever niet kritisch over: de werkgelegenheid is een te belangrijke factor. Het bekende verhaal.
Hier is info over fluor als toevoeging aan tandmiddelen en drinkwater te vinden.
NANODEELTJES
Een zorgwekkende ontwikkeling is het gebruik van NANODEELTJES in steeds meer producten, variërend van cosmetica en voeding tot wasmiddelen, wasmaschines en koelkasten (Samsung), spuitbussen, kleding en huisinrichting.
Nanoverbindingen dienen bijv. als 'geurvreter', of om water af te stoten, om medicijnen door slijmvliezen te laten dringen/ in specifieke cellen te dringen, om huidcosmetica (zoals zonnebrandcrème) transparant te maken, voor meekleurende zonnewering en nog veel meer...
...en kunnen een grote diversiteit aan potentiëel gevaarlijke chemicaliën bevatten.
Een van de eigenschappen van nanodeeltjes is, dat ze zich chemisch heel anders gedragen dan hun grote broers. Stoffen die in hun 'normale' vorm niet reactief zijn, worden het dan wel. Een sterk onderschat gevaar.
Omdat deze deeltjes zo klein zijn, dringen ze makkelijk het lichaam binnen via slijmvliezen, longen en darmen. De gevolgen hiervan zijn nauwelijks onderzocht... er zijn echter gegronde redenen, om wantrouwig te zijn.
De berucht geworden FIJNSTOF deeltjes van dieselmotoren, gestookte elektriciteitscentrales en verbrandingsovens zijn ook nanodeeltjes... met zeer reactieve metaalverbindingen en koolwaterstoffen.
Volgens de laatste berichten zijn deze deeltjes in staat, om via de NEUSZENUW de hersenen te bereiken en daar ontstekingsprocessen in gang te zetten.
Het zwart in AUTOBANDEN (dat in de lucht komt) hoort bij de al langer gebruikte gevaarlijke fijnstoffen, net zoals talkpoeder (dat absoluut niet bij BABY'S gebruikt mag worden - al lang bekend, maar er wordt niets aan gedaan door de overheid).
Van de speciale eigenschappen van nanodeeltjes (penetratie van lichaamscellen) kan ook gebruik gemaakt worden, om spectaculaire medicijnen in te zetten voor de behandeling van bijv. onbereikbare tumors en uitzaaïngen - in 2011 zijn de eerste veelbelovende behandelingen op patiënten gestart (BBC, 100309 en Nature 140409). Nanodeeltjes als medicijn-'carrier' komen steeds meer in ontwikkeling.
Nanodeeltjes worden ook ingezet als GLIJMDDEL bij de productie van ZETMEEL e.d. (om klonteren te voorkomen, en om het meel in de fabriek makkelijker door leidingen te persen) - ze worden bijv. gebruikt in CUP OF SOUP en andere instantproducten.
Dit soort producten zijn niet getest op mogelijke extra reactiviteit/ schadelijkheid bij inademing (werknemers in de fabriek lopen verhoogd risico).
In WASMIDDEL e.a. schoonmaakmiddelen - en ook in (af)wasmachines en koelkasten - worden ze gebruikt om hun ontsmettende (dodelijke) werking - wat bij wasmiddel totaal overbodig is, tenzij er cholera in het waswater zit...
Ook textiel wordt hiermee behandeld - zoals anti-bacteriële sokken.
Het enige gevolg is, dat de zuiveringsbacteriën in waterzuiveringsintallaties gedood worden, en microorganismen en vissen in het buitenwater aangetast raken.
Nog een andere toepasing is in zonnebrand, gezichtscrèmes en lipbalsem.
Het gebruik van deze stoffen - zoals Titaandioxide, dat sterk reactief wordt in combinatie met zonlicht - is ongenormeerd toegestaan, terwijl het een van de krachtigste huidkankerveroorzakers is - veel gevaarlijker dan de UV straling op zichzelf !
Om deze reden wordt titaanoxide tegenwoordig 'gecoat', maar dat helpt niet echt goed (de slechtste coating is volgens prof. Reinders geconstateerd bij Garnier KINDER zonnebrandmiddel).
Titaandioxide (E171) is een veelgebruikte toevoeging in bepaalde consumptieproducten. Het bestaat als micro-deeltje - maar bevat dan toch ongeveer 15% nano-deeltje - en wordt ook steeds meer als puur nano-deeltje geproduceerd.
Het is de witte kleurstof die gebruikt word in kauwgum, ander snoep en gebak, melkpoeder, kant-en-klare sauzen, supplementen, tandpasta's en een aantal andere witte producten. De risico's daarvan komen pas de laatste tijd aan het licht.
Chronische blootstelling leidt tot verzwakking van darmwandcellen, verminderde opname van mineralen en verhoging van onstekingsgraad (Guo e.a. 2017).
Met name kauwgumgebuikers (die ook al veel aspartaam binnenkrijgen) en gebruikers van kant-en-klare producten en melkpoeder (Completa) staan aan grotere hoeveelheden bloot.
Door het toenemende gebruik van nanodeeltjes, komen ze massaal in de voedselketen terecht, in de lucht en in het grondwater.
Nanodeeltjes zijn nog niet aan normeringen onderworpen, er zijn geen veiligheidsstudies naar verricht door de producenten, en ze hoeven niet op het etiket vermeld te worden !
Zie bijv. MNT dec 2008 en Natural News jun 2008.
Terwijl er in Nederland duizenden onderzoekers bezig zijn met de ontwikkeling van nanodeeltjes, is er met moeite een hele persoon te vinden, die zich met de risico's daarvan bezig houdt...
Bij de Voedsel en Waren Autoriteit ontbreekt iedere kennis hierover.
Daarbij is er een verschil tussen chemisch en 'groen' geproduceerde nanodeeltjes. Nanodeeltjes die (milieuvriendelijk) met behulp van Guave geproduceerd werden, bleken veel effectiever doordat bepaalde natuurlijke stoffen uit de Guave (flavonolen) zich combineren met het nanodeeltje.
Deze 'groene' nanodeeltjes vernietigen de bacterie, terwijl hun 'chemische broertje' dat veel minder kan (Parashar e.a. 2011).
De toepassing als nieuw antibioticum moet nog verder uitgezocht worden, maar lijkt veelbelovend.
ANDERE VOEDSELTOEVOEGINGEN:
Hieronder worden de belangrijkste voedseltoevoegingen bekeken, de andere 'toegevoegde' stoffen die in (non-)food producten kunnen zitten worden op de betreffende pagina's besproken (en onder 'verpakking en kunststof producten').
BINDMIDDELEN
Een voedingsproduct wordt als SLECHT beoordeeld, indien het bindmiddel Carrageen (E 407) bevat. ALLE CHOCOMEL en bijna alle vla en puddinkjes, slagroom en veel roomijs bevatten Carrageen... Het wordt ook in veel andere producten gebruikt als bindmiddel, zoals bij lichaamsverzorgingsproducten, vis, etc.... of als 'heldermaakstof' bij dranken zoals bier.
Carrageen is een plantaardige stof, met een instabiele structuur, die kan reduceren tot een giftige stof, met name in reactie met potentieel mutagene stoffen. Het wordt chemisch of natuurlijk geproduceerd.
Buiten West-Europa wordt Carrageen mogelijk op een inferieure wijze geproduceerd, en is dan gevaarlijk (bevat ethyleen chlorohydrine...).
Verse, zuivere Europese Carrageen is in dit opzicht tamelijk onschadelijk, wat echter niet wegneemt, dat onder invloed van maag-darmprocessen ook deze Carrageen waarschijnlijk reduceert tot de gevaarlijke vorm... (zie hier)...
Wat hierbij de invloed kan zijn van het ontbreken van de - traditionele Aziatische culinaire - 'natuurlijke contexr' van wieren, is onbekend.
E407 behoort tot de zgn. 'alginaten' (uit algen gewonnen). Die staan erom bekend dat ze calcium uit zuivel binden (daarmee de opname beperkend). Het heeft ook conserverende eigenschappen en verhindert vet-oxidatie. Carrageen kan glutamaat bevatten, hierboven besproken bij 'smaakstoffen'....En is feitelijk ook conserveermiddel en smaakversterker (wat dan het degradatieproduct van het conserveermiddel is?).
Waar de gebruikte Carrageen vandaan komt, wordt niet vermeld op het etiket - behalve als E407a voor natuurlijk gewonnen..
MAISZETMEEL (zonder E407 door sommige biologische merken en deels door de Lidl gebruikt) is een oud alternatief voor Carrageen. Er zijn nog andere bindmiddelen.
Ook kunnen eieren gebuikt worden, maar dat is duurder...
Met Amerikaanse Carrageen onderzocht: mogelijk immunotoxisch (IARC: 2B (1987)), in proefdieren carcinogeen effect van andere schadelijke stoffen versterkend, bij mensen niet aangetoond.
De controverse is groot. In 2016 verschenen 2 rapporten: deze, die geen negatieve effecten vaststelde, en deze, met een heel andere visie.
Een ander vaak gebruikt bindmiddel, zeker in snoep, is GELATINE. Gelatine wordt gemaakt van BSE risicomateriaal (vooral botten) en de productie wordt daarom streng gecontroleerd. Langdurige behandeling van de botten met chemicaliën vermindert de activiteit van de gevaarlijke TSE-prionen tot BIJNA nul (maar de 'klassieke' methode om gelatine te maken zit nog een factor 10 boven de geadviseerde norm - nieuwe experimentele methoden, door de EU ontwikkeld, zitten daar een stuk onder... maar toch... wat is het effect van een enkel actief prion?... en welke reststoffen zijn het gevolg?).
Van botten is bekend, dat ze relatief hoge waarden aan zware metalen bevatten (bijv. Lood)... het ZWARE METAAL GEHALTE van gelatine is misschien wel het grootste vraagteken?
GELEERMIDDELEN zijn bijv. Polysorbaten, Glycerine en esters daarvan, en geëthoxyleerde monoglycerides. Vooral de laatste categorie is verdacht, net als met ethyleenoxide bewerkte eiwitten (in bijv. shampoo).
Ook zijn er twijfels te horen over de organische effecten van intensieve geleermiddelen (zoals in mayonaise).
KUNSTMATIGE FOSFATEN worden in zeer veel producten toegepast - als waterbinder, conserveermiddel, smaakversterker, anti-klontermiddel en zuurteregelaar.
Bijvoorbeeld in deegwaren, soep en frisdranken. Soms extreem veel, zoals in vis, kip, vleeswaren en smeerkaas..
De dagelijkse gemiddelde inname is in 20 jaar tijd verdubbeld.
Deze kunstmatige fosfaten gedragen zich heel anders dan de natuurlijke in voeding, en worden snel opgenomen.
Volgens de laatste rapporten hebben kunstmatige fosfaten ernstige consequenties in de hoeveelheden die geconsumeerd (kunnen) worden.
Hart, bloedvaten en nieren raken erdoor aangetast, mogelijk is een relatie met gedragsproblemen (Ritz e.a. 2012, Erben e.a. 2014, Maurer 2012).
Te hoge - en te lage - fosfaatniveaus in het bloed hangen ook samen met een hoger risico op CVD (Hayward e.a. 2017).
(Dtsch Arztebl Int 2012)
Wat aan overige stoffen is gevonden op de etiketten, is zoveel mogelijk onderzocht en beoordeeld.
Maar met namen als "aroma", "natuurlijke smaakstoffen" en "kleurend plantenextract" is weinig te beginnen....
een lacune in de WETGEVING.
DAARNAAST bestaan er nog talrijke 'NATUURLIJKE STOFFEN' die in hoge doseringen schadelijk zouden kunnen zijn, zoals kaneel, zwarte peper, mosterd en sojalecithine.
Vaak wordt schadelijkheid veroorzaakt door het gif, dat schimmels afscheiden, en is het product zelf onschadelijk.
Het schimmelgifgehalte kan wel bepaald worden, maar op het etiket zal het nooit staan. De schimmelvorming thuis (bijv. in kruidenpoeders) is nog een item.
PROBIOTICA en VERRIJKTE LEVENSMIDDELEN
Probiotica is een verzamelnaam voor "goede" bacteriën, die, net als "antibiotica" gevaarlijke bacteriën (in maag en darmen) verdringen, en weerstandverhogend werken.
Ze zitten in zure zuivel toegevoegd, maar ook bijv. in rauwe zuurkool en andere rauwe en gefermenteerde producten komen ze rijkelijk voor..
En ze zijn ook lang niet altijd toegevoegd, maar komen van nature voor en ontstaan bij fermentatie (en gisting).
De grootste bron van natuurlijke probiotica vormt RAUWKOST. Rauwkost bevat ook veel vezels, en vezels zijn een onmisbare voedingsbodem voor probiotica. Maar een aantal soorten bacteriën komen (meer) voor in zure zuivel en bepaalde andere gefermenteerde producten.
GEFERMENTEERDE producten zijn eigenlijk een verhaal apart. De grote waarde van deze producten ligt niet alleen in 'goede' micro-organismen. Die kunnen zelfs uiteindelijk ontbreken na de fermentatie... (gedroogde zuidvruchten, olijven, zwarte thee bijvoorbeeld).
Micro-organismen in deze producten zetten stoffen om, produceren waardevolle stoffen, en vergroten daarmee vaak de voedingskundige waarde.
Er is een direct verband tussen darmflora met darm- en hersenprocessen. In een onderzoek van Cryan e.a. (MNT 2011) wordt voor het eerst aangetoond, dat probiotica leiden tot een vermindering van stress, depressie en angstgevoelens.
Zie hier een overview uit 2016 waarin allerlei werkingsmechanismen voor darmen in interactie met de hersenen: Pioneering probiotics application in the Brain-Gut-axis (tevens een reclame van Lallemand voor haar eigen product, maar de conclusies zijn algemeen). Van dezelfde schrijver is dit rapport over probiotica en imuunsysteem.
Akbari e.a. 2016 laten zien dat (biogarde) probiotica na 12 weken gebruik de cognitieve functie bij Alzheimer patienten verbeteren
(+20%), net zoals (aanzienlijk) het triglycerideniveau en insuline-resistentie.
Colson e.a. 2016 constateren in een meta-analyse dat probiotica een significant effect hebben bij stress, angstgevoelens en depressie.
De positieve werking van probiotische yoghurts/ kefir op darmproblemen staat buiten kijf.
Ook bij virusinfecties en bij allergie is er een positieve werking door een hogere productie van Interleukine 10 en 12 en IgA.
Een combinatie van 3 specifieke bacteriën - Lactobacillus Gasseri (voorkomend in gefermenteerde producten als zuurkool en miso) en 2 Bifidum soorten (in bepaalde yoghurts) - en alledrie in een aantal kefirstammen - blijkt de symptomen van HOOIKOORTS significant te verminderen (Dennis-Wall e.a. 2017).
Een goede darmflora is van veel belang bij de bestrijding van astma (Wood e.a. 2017). Toediening van inuline (een oplosbaar vezel)
verbeterde de darmflora, wat op haar beurt weer een verbeterde longfuctie liet zien. Daarbij werd niet eens toediening van extra probiotica bekeken....
Melkzuurbacteriën verminderen leververvetting en verbeteren de ontstekingswaarden in het bloed. Belangrijke factoren bij overgewicht en diabetes (Eurkalert 2014). Fatale bloedvergiftiging bij levercirrhose (Hepatische encefalopathie) ontwikkelt zich 2 maal minder (na 3 maanden bacteriegebruik).
De resultaten op LDL cholesterol zijn wisselend.
Een deel van de verklaring waarom darmbacteriën helpen tegen diabetes en ontstekingwaarden verminderen ligt in een stofje dat ze produceren: 'Indolepropionic acid' (de Mello e.a. 2017).
Probiotica helpen om diaree te voorkomen bij een antibioticakuur.
Probiotica verlagen de bloeddruk significant (Eurekalert 06-2014)
De in zure zuivel meest voorkomende bacterie - de Lactobacillis Plantarum - maakt bij muizen hartaanvallen minder heftig, en bevordert hartherstel (Eurekalert 2012).
Deze bron meldt het volgende:
'Welke rol probiotica kunnen spelen bij IBD wordt pas sinds kort onderzocht (17). Dierexperimenten laten zien dat verschillende stammen, zoals Lactobaccilli en Bifidobacteriën, de inflamatie in diermodellen kunnen doen verminderen (18,19). De mechanismen zijn nog onduidelijk maar in vitro-studies hebben aangetoond dat probiotica mogelijk het immuunsysteem kunnen beïnvloeden door activatie van macrofagen en "natural killer"-cellen, door proliferatie van lymfocyten en een toename van de secretoire IgA-productie. Het is eveneens bekend dat bepaalde Lactobaccilli-stammen zich aan de darmmucosa kunnen hechten waardoor zij de aanhechting van pathogene bacteriën verhinderen. Bij patiënten met pouchitis en colitis ulcerosa zijn enkele studies uitgevoerd naar het effect van probiotica. De resultaten zijn bemoedigend maar bevestigen ook de stam- specifieke variatie van probiotica.'
Het prikkelbare darmsyndroom wordt hier verder besproken.
Probiotica zijn ook goed bij acuut NIERFALEN. Ze verminderen het creatinine- en ureumgehalte in het bloed.
Voor andere claims, zoals antikankerwerking, bestaan krachtige aanwijzingen, maar nog geen afdoende bewijs in alle gevallen (de wel aangetoonde werkingsmechanismen zijn echter aanwijzing genoeg)...
Cholesterolverbetering is aangetoond, maar slechts in beperkte mate in een aantal gevallen (en bij vrouwen meer dan bij mannen)... Alles mede afhankelijk van de soort probiotica, het medium en de langdurigheid van gebruik, lijkt het.
Probiotica/ melkzuurbacteriën en de uiterst waardevolle rollen van gefermenteerde producten worden elders op deze site verder besproken.
Zoals bij Zuivel, waar ook duidelijk gemaakt wordt dat KEFIR (naast rauwkost) een van de meest brede middelen is, met ook mogelijk positieve werkingen op bijv. Prikkelbaar Darmsyndroom. En waar nog veel meer te vinden is over de gezondheidseffecten van probiotica.
VOOR HET INSTAND HOUDEN VAN EEN GOEDE DARMFLORA ZIJN VEZELS (uit volkorenproducten en AGF) ONMISBAAR.
Niet alle zogenaamde probiotica hoeven goed te zijn.
Voorzichtigheid is geboden met in het lab ontwikkelde 'superbacteriën', die alle andere verslaan.....
Er worden daarbij steeds nieuwe therapeutische bacteriën ontwikkeld.
Een mogelijk nog betere manier om slechte en multi-resistente bacteriën te verslaan is met behulp van bepaalde virussen: BACTERIOFAGEN.
Een oude, vaak zeer effectieve manier, die vooral in Oost-Europa beproefd is. Zie hier. Bacteriofagen worden langzaam meer onderzocht in de Westerse wereld. Het nieuwste onderzoek laat zien, dat deze virussen een veilig alternatief zijn voor antibiotica, en geen resistente bacteriën verzoorzaken (Jenkins 2011).
VERRIJKTE LEVENSMIDDELEN, zijn producten, waaraan 'microvoedingsstoffen' zijn toegevoegd, zoals vitaminen en mineralen.
Dit zijn RISKANTE praktijken, die eigenlijk wettelijk verboden moeten worden:
De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van deze stoffen wordt al snel overschreden.
Het toevoegen van incomplete
en extreem gedoseerde vitamine/mineralen-mixen kan sterke onbalans en eenzijdige belasting van het lichaam veroorzaken.
IJZER en VITAMINE A zijn bekende voorbeelden:
Teveel vitamine A - zeker in de vorm van bètacaroteen - werkt kankerverwekkend (zoals gebleken uit een voortijdig gestopt - er groeide teveel kanker bij de proefpersonen - Zweeds onderzoek naar longkanker en de inname van bètacaroteen, het zogenaamd 'onschuldige', of als antioxidant aangeprezen, pro-vitamine A).
Hoeveelheden die hoger liggen dan 100% ADH moeten vermeden worden.
De gemiddelde ijzerinname uit 'normale voeding' bedraagt voor mannen al 13 mg per dag, 4 mg hoger dan de aanbevolen hoeveelheid (vrouwen hebben 15 mg per dag nodig). Alle toegevoegde ijzer is dan voor mannen teveel - voor vrouwen juist nodig. Teveel ijzer wordt in verband gebracht met hersenaantasting, hart- en vaatziekten en darmkanker.
Uit Amerikaans onderzoek blijkt, dat de hoeveelheid toegevoegd ijzer wel 2 keer zo hoog kan zijn, als áángegeven op de verpakking ! (rapport Keuringsdienst van Waren 2001). Er zou een etiket moeten komen: ALLEEN VOOR VROUWEN.
Zie ook supplementen en (2)
Een flink aantal mensen lijdt aan ijzerstapelingziekte (hemochromatose), of de niet-erfelijke ouderdomsequivalent daarvan, die o.a. de leverwerking aantast - en daarmee het immuunsysteem... niemand weet dit van zichzelf...
De andere toegevoegde vitamines en mineralen zijn in iets grotere hoeveelheden nuttig, omdat we daar vaak te weinig van binnenkrijgen. Het principe lijkt echter verkeerd. Als die stoffen ongecontroleerd of in selectieve grote hoeveelheden toegevoegd worden is het einde zoek.
Wie bepaalt dan nog wat goed is, in welke verhoudingen?
Het belangrijkste is, dat vitamines, mineralen en hulpstoffen in hun 'natuurlijke' context, in samenwerking met elkaar, worden opgenomen - dat geeft het nuttigste - en minst schadelijke - effect.
Het beste wordt dit uiteraard bereikt door natuurlijke producten, of extracten daarvan.
Over MINERALE toevoegingen bestaan twijfels.
Zo wordt de meeste toegevoegde kalk en andere mineralen (in brood, koek, drankjes, diervoeding e.d.) gemaakt uit gesteenten.
Deze gesteenten bevatten behalve kalk ook andere stoffen - die niet altijd gezond zijn (vaak aluminiumzouten), en die als reststof aanwezig blijven.
Hetzelfde geldt voor veel ander producten - van kleimaskers van Chinese klei (zie 'lichaamsverzorging' ) tot Fosforzuur in frisdrank - dat gewonnen wordt uit fosfaaterts, en een relatief hoge stralingswaarde heeft (zie 'drinken' ).